Aanbod
Op De Ontdekking zijn er drie groepen te weten een 3-4, een 5-6 en een 7-8. Er wordt in de NEO-groepen gewerkt met inclusief binnen separaat. Dit wil zeggen dat we naast kinderen met een lichtere ondersteuningsbehoefte wij ook in iedere groep kinderen opvangen met een zwaardere ondersteuningsbehoefte (dubbel bijzonder). Of wij een kind toelaten hangt af van de ondersteuningsbehoefte en de balans binnen de groep.
Het reguliere onderwijsaanbod wordt in beknopte vorm en versneld aangeboden. Daarnaast zijn er een aantal vakken die niet binnen het reguliere aanbod vallen of op een wijze worden gegeven die sterk afwijkt van de standaard lesmethodes en/of kerndoelen: Engels, Spaans, filosofie, leren leren, leren ondernemen, Science, informatica, communicatie/omgaan met hoogbegaafdheid, NEO-tijd en het strategische spel schaken. Ook hebben deze groepen een vakleerkracht voor muziek. De extra kosten voor deze vorm van onderwijs worden gedragen daar de coöperatie Passend Onderwijs Almere.
Door het rijke aanbod dat de kinderen krijgen en de mogelijkheid tot doorwerken op eigen niveau met taal en rekenen is het overslaan van groepen in principe niet aan de orde binnen NEO-groepen. Hierdoor wordt voorkomen dat kinderen op te jonge leeftijd doorstromen naar middelbaar en universitair onderwijs. Kinderen kunnen wel versnellen in leertempo.
De wijze van les geven aan een NEO-groep wijkt sterk af van de standaard methodes in het onderwijs. In de reguliere methodes wordt bottom-up gewerkt: leerlingen krijgen kleine onderdelen aangeboden om uiteindelijk te komen tot begrip van het geheel.
Binnen het NEO-onderwijs wordt andersom (topdown) gewerkt: eerst wordt uitgelegd waar de lessen uiteindelijk toe moeten leiden, waarna de benodigde onderdelen aangeboden worden en nog in zoverre geoefend worden als nodig is. Voorbeeld: metriek stelsel binnen het rekenonderwijs. In alle gangbare methodes doet men er nagenoeg vier jaar over om alle facetten behandeld te hebben. Binnen het NEO-onderwijs gebeurt dit feitelijk in één les, namelijk het systeem wordt besproken en uitgelegd. Daarna komen facetten van het stelsel (gewichten, inhoudsmaten, lengtematen etc.) pas aan de orde.
Naast kennis inhouden zijn competenties van (hoogbegaafde) kinderen minstens zo belangrijk: vaardigheden om zelf kennis te kunnen verwerven, om te kunnen functioneren in de maatschappij, om te kunnen nadenken en een mening te vormen over hetgeen in de wereld gebeurt etc.
[1] We kiezen voor een brede definitie van meer- hoogbegaafdheid. Het gaat hier expliciet niet om een IQ van boven de 130 maar om een leerling die een potentieel bovengemiddeld leervermogen heeft (referentie uitstroomprofiel HAVO/VWO of IQ 115+). Reden hiervoor is dat veel leerlingen die in aanmerking komen voor NEO niet (meer) hoger scoren dan wat op basis van hun intelligentie verwacht mag worden.